Publicatiedatum: 11 juni 2015

Pluimveebedrijf Siemons: “Hennen houden met hele snavels is een kwestie van eerst geven, dan nemen’’

In Roosendaal runnen vader Ad en zoon Andy Siemons een pluimveebedrijf met 100.000 leghennen in drie volièrestallen, verdeeld over twee leeftijden. Inmiddels zit het tweede koppel NOVOgen bruin in de stal met hele snavels. Het derde koppel met hele snavels is besteld voor oktober en wordt binnenkort in opfok geplaatst. Al in de begin jaren 90 was Siemons één van de eerste drie pluimveebedrijven in Nederland die overschakelden van batterij- naar volièrehuisvesting. Niet vreemd dus dat juist dit ondernemersduo nu al hun derde koppel hennen waarvan de snavels niet behandeld zijn in de stal krijgt. Pionieren zit in het bloed, ieder koppel geeft nieuwe ervaringen, met mogelijkheden tot verbeteringen in het volgende koppel. Een interessant duo aan het woord!   

“In 1991 plaatsten wij ons eerste koppel in een volièresysteem; daarmee waren we de tijd ver vooruit. De eerste koppels waren geen succes. Meer dan 40% buitennesteieren, 2 extra arbeidskrachten, een hoop frustratie,” vertelt Ad Siemons. Om dit project destijds te laten slagen, kwamen Ad en Andy al snel tot de conclusie dat het roer om moest. Er werd geïnvesteerd in ruimte: de buitenste gangpaden werden uiteindelijk 4 meter breed, de binnenste 1.30 meter. Daarmee is een uiteindelijke bezetting gecreëerd van 14 hennen per m2 leefoppervlak, waar 18 gebruikelijk is. Ad en Andy hebben de ervaring dat er sinds die tijd meer balans in de koppels kwam.

Uitval ruim onder de norm

“Juist omdat onze stallen ruimer zijn, waren we niet bang om twee jaar geleden al te beginnen met een koppel hennen met onbehandelde snavels”. Ook dit eerste koppel verliep echter niet zonder slag of stoot. Een coli-probleem zorgde voor extreem veel uitval. Ad Siemons heeft hier uitgebreid zijn ervaringen over gedeeld tijdens de themamiddag van de WUR, vorig jaar in Wijchen. Om mogelijke verbeteringen te testen, werd het volgende koppel opgesplitst over twee verdiepingen: 20.000 met hele snavels en 20.000 met behandelde snavels. Dit koppel is inmiddels 60 weken.

Welzijnsvoer

Het grootste verschil tussen de groepen zit in de voersamenstelling. In overleg met de vertegenwoordiger werd een welzijnsvoer samengesteld met extra zekerheden voor de groep hennen met onbehandelde snavels. Momenteel is dit duidelijk terug te zien in het verenpak. Qua productie loopt de groep hennen waarvan de snavels behandeld zijn juist iets voor, waarbij beide groepen gelijkmatig in productie kwamen. Verder wordt er minder luzerne gevoerd dan de eerste ronde. Toen onbeperkt, nu als indicator. Daarnaast wordt er in de opfok geïnvesteerd in een stalspecifieke coli-enting. De uitval bij dit koppel is met 2,5% dan ook ruim onder de norm op 60 weken.

Eerst geven en dan pas nemen

Voor Ad en Andy zijn dit mooie voorbeelden waar het straks om draait bij het houden van hennen met hele snavels; eerst geven, dan pas nemen en op die manier de balans opzoeken.  

Bekijk het foto-album van pluimveehouderij Siemons >